De juridisch ouder is de persoon die feitelijk ouder is van een kind. De regels omtrent het juridisch ouderschap zijn opgenomen in titel 11 van Burgerlijk Wetboek 1.
Een kind kan in principe maximaal twee juridisch ouders hebben.
De moeder
De vrouw uit wie het kind wordt geboren is automatisch juridisch moeder of de vrouw die het kind heeft geadopteerd.
Sinds 1 april 2014 is het Burgerlijk Wetboek uitgebreid waardoor het sindsdien ook mogelijk is een twee moeder te hebben, de zogenaamde 'duo-moeder'.
Indien er sprake is van een lesbisch paar dat gehuwd of geregistreerd partner is is het mogelijk dat de partner ook automatisch moeder wordt. Hiervoor moet gebruikt gemaakt worden van een donor in de zin van de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting en dient bij de geboorteaangifte een verklaring te worden overlegd waaruit blijkt dat de donor bij de biologische moeder onbekend is.
Daarnaast kan de lesbische partner van de moeder ook juridisch ouder worden door het kind te erkennen of het moederschap gerechtelijk vast laten stellen.
De vader
De man wordt juridisch vader als de man:
op het tijdstip van de geboorte van het kind met de vrouw uit wie het kind is geboren is gehuwd of een geregistreerd partnerschap is aangegaan;
het kind heeft erkend;
het vaderschap gerechtelijk is vastgesteld;
het kind heeft geadopteerd.
Gevolgen ouderschap
Het juridisch ouderschap brengt een aantal rechten en plichten met zich mee.
Er ontstaat een familierechtelijke band. Dit betekent o.a. dat ouder en kind elkaars juridisch erfgenaam worden;
De juridisch ouder heeft recht op omgang en informatie en plicht tot raadpleging;